| Het (zijn - tt) midden in de nacht toen Silvia op de kamerdeur | | van haar ouders (kloppen - vt) . "Papa, (worden) wakker ! |
| "Ik (horen -tt) een muis piepen!" |
| Silvia's vader (reageren - vt) eerst slaapdronken. |
| Hij (slagen - vt) er nauwelijks in zijn ogen te openen en |
| (uitstoten - vt) onverstaanbare klanken . |
| Silvia (aandringen - vt) en (herhalen -vt) : |
| "Papa, (willen - tt) je asjeblieft helpen! |
| (Horen - tt) hoe die muis (piepen - tt) !" |
| Toen (worden - vt) vader boos: |
| "Nou, wat (willen - tt) je dan dat ik (doen - tt) ? |
| (Moeten - tt) ik die muis even (gaan - tt) oliën, misschien?!" |
| |
|