3. Mevrouw Windey is een weinig (lieven) dame. |
|
Ze is erg streng tegen haar personeel. Ooit heeft ze een tuinman alle pas (planten) |
|
bloembollen weer uit de grond laten halen omdat ze zich bedacht had en liever |
|
anders (vlekken) en (kleuren) bloemen in haar fors |
|
(bemesten) en van een fikse vijver (voorzien) tuin had. |
|
Vorig jaar heeft ze haar (verzorgen) chauffeur ontslagen, |
|
omdat die een haartje op de pas (stofzuigen) bank had laten liggen. |
|
"Voor mij geen (bevuilen) auto!", had mevrouw Windey getierd. |
|
De (stressen) chauffeur was huilend weggelopen. Maar vandaag was er weer |
|
iets vreemds in de fraai (opknappen) villa van mevrouw Windey. |
|
Een meisje dat solliciteert als hulpje in het huishouden, |
|
heeft een gesprek met de (omhoogvallen) dame. |
|
"Voordat ik je aanneem", zucht de (vermoeien) mevrouw Windey, |
|
"wil ik weten of je van honden en katten houdt." |
|
Het (verrassen) meisje antwoordt spontaan: "Ik lust alles, mevrouw." |
|
|
|