3. Marc Malloot (vliegen) voor het eerst in een helikopter. |
De piloot en hij (zijn) de enigen aan boord. |
Marc (vragen) uitleg over alle knopjes en metertjes. |
Hij (willen) er echt alles van te weten komen. |
Op een bepaald moment (informeren) de piloot of Marc (weten) |
waarvoor die grote propeller boven hen (dienen) . |
"Tuurlijk weet ik dat", (spreken) Marc. |
"Dat is de airco!" De piloot (schieten) in de lach. |
"Nee, helemaal niet", (roepen) hij. "Dat is absoluut geen airco!". |
"Oh, nee?", (gniffelen) Marc. |
"Wedden dat jij het héél benauwd krijgt dat ik dat ding nu afzet?" |
|
|