Staal spelling - groep 6 blok 4 blz 54

  
..Staal spelling..

Schrijf de voegwoorden op.
Marja viert haar verjaardag, want ze is jarig. ..
Mama bakt een taart, terwijl papa naar buiten kijkt.
Marja doet de deur open en laat iedereen binnen.
Oma begint te zingen als iedereen er is.
Mama haalt de taart, hoewel die nog heel heet is.
Oma zwaait met haar handen, maar dan gaat het fout.
De taart valt wanneer oma tegen de taart stoot.
Maar dat vindt Marja niet erg, omdat het feest is.


Schrijf het voegwoord op.
Ik ga naar buiten, want het is mooi weer. ..
Er zijn veel kinderen buiten, omdat het zomer is.
Ik speel met mijn vrienden, totdat mijn moeder belt.
Oei! Ik ben bijna te laat, dus ik ren naar huis.
Ik wil niet dat ze boos wordt, daarom ren ik zo hard!
In de bocht loop ik even rustig, zodat ik niet val.
Gelukkig! Ik val niet, maar ik glijd wel uit.
Ik ben net op tijd, doordat ik zo hard rende!


Schrijf de persoonsvorm op. - Zoek het onderwerp.
.. .. .. .. ..
onderwerp
Het vliegtuig precies op tijd. ..
Karin haar koffer goed vast.
Naar wie Maya nu?
Han naar zijn oma.
Waar de auto naar toe?