Woorden groep 8 eenheid 5 ( les 9 )

  
Zin in taal groep 8

Welke woorden kies je uit?
de abrikoos - de amandel - de bonbon - de dadel - de framboos - gezegend - de kiezel - de kiwi -
de limoen
Een glad steentje. de
Een langwerpige, bruine vrucht. de
Een oranje vrucht met een dikke pit. Hij lijkt veel op een pruim. de
Een pit van de amandelvrucht. de
Een zacht, rozerood vruchtje.de
Een vrucht met groen vruchtvlees en een bruine harige schil. de
Een snoepje van chocola met een zoete vulling. de
Een klein soort citroen. de
Dat je geluk hebt.
de abrikoos - de amandel - de bonbon - de dadel - de framboos - gezegend - de kiezel - de kiwi -
de limoen


Welke woorden kies je uit?
de mango - het omhulsel - iets ontlenen aan - de suikerbiet - het suikerriet - de taaitaai
Taaie koekejs, vaak in de vorm van poppetjes.de
Een tropische vrucht met een grote platte pit. Hij is groen, geel of rood.de
Een plant met suiker in de wortel. de
Een plant met suiker in de stengel.het
Iets dat om iets anders heen zit.het
Iets overnemen uit.
de mango - het omhulsel - iets ontlenen aan - de suikerbiet - het suikerriet - de taaitaai