Woordenschat oefening nummer 8003

  
woordenschat nr 2
de bacterie
de ( het) bagatel
de ballerina
de baromether
de barricade
de bedevaart
het beheer
het benul
de besognes
de betweter
Vul ieder woord slecht eenmaal in:
Tijdens de voorstelling werd de ziek en kon niet verder dansen.
Wie heeft het over jullie school?
De stakers wierpen een op.
Een is niet met een vergrootglas waar te nemen.
Die jongen staat bekend als een .
Hij heeft nog geen van Romeinse cijfers.
De gelovigen maakten een naar Mekka.
Maak je niet zo druk, het is maar een .
Het wordt goed weer; de loopt vooruit.
Door mijn kon ik de vergadering niet bijwonen.