besteden | Het bestede geld was het uitgeven waard. |
vinden | De meeste voorwerpen werden weer teruggehaald. |
ontsporen | De trein werd weer op de rails gezet. |
inrichten | De modern school had vaste vloerbedekking. |
springen | De fietsband werd gerepareerd. |
polijsten | De patiënt ging met zijn tong langs de tanden. |
ontvreemden | De klok werd later teruggevonden. |
terugvinden | De fiets werd door de eigenaar opgehaald. |
barsten | De ruit werd door de schilder gerepareerd. |
redden | De drenkeling werd in een deken gewikkeld. |
bestellen | De bloemen werden thuis bezorgd. |
versieren | De mooi tuin bood een sprookjesachtige aanblik. |
bekladden - vinden | De muren werden door de daders schoongemaakt. |
snoeien - zijn | In het voorjaar liepen de bomen flink uit. |
koken - braden | Het en vlees werd door de kok opgediend. |
|