volgende
=>
Verkeersexamen 2017 - Veilig Verkeer Nederland
Laat alle vragen zien
<=
=>
OP HET PLATTELAND
De trein is voorbij gereden en de overwerbomen gaan omhoog.
Mogen Janno en Jorik nu al verder fietsen?
?
Ja
?
Nee
OP HET PLATTELAND
Jorik komt bij een kruispunt. Hij krijgt te maken met een auto, een voetganger en een fietser.
Wat is waar?
?
Jorik moet langzamer gaan fietsen en iedereen voor laten gaan.
?
Jorik moet stoppen en de auto en de fietser voor laten gaan.
?
Jorik moet stoppen en iedereen voor laten gaan.
OP HET PLATTELAND
Nelly wil rechtsaf. Ze krijgt te maken met voetgangers die rechtdoor gaan.
Wat is waar?
?
De voetgangers mogen voorgaan, want nu geldt : rechtdoor op dezelfde weg gaat voor.
?
Nelly mag voorgaan, want voetgangers mogen nooit voorgaan.
?
De voetgangers mogen voorgaan, want Nelly komt van links.
OP HET PLATTELAND
Kijk hoe de kinderen op het fietspad rijden.
Wat is waar?
?
De kinderen mogen op dit fietspad met z'n drieën naast elkaar fietsen.
?
Jorik moet voor of achter Rosa en Janno gaan fietsen.
?
De kinderen mogen zo fietsen, maar ze moeten wel ruimte maken als er fietsers tegemoet komen.
OP HET PLATTELAND
De kinderen krijgen te maken met een tractor. Drie kinderen praten over de foto
Wie heeft gelijk?
?
Sanne
: De weg is te smal om zo door te rijden. Het is veiliger als de kinderen in de berm gaan rijden.
?
Kiki
: Het is veiliger als de kinderen even afstappen en rechts in de berm wachten.
?
Dorian
: De kinderen kunnen zo blijven rijden. De trctor gaat vast wel in de berm rijden en dan kunnen ze elkaar passeren.
OP HET PLATTELAND
Cor en Youri krijgen te maken met een auto.
Moeten ze voorrang geven aan de auto?
?
Ja
?
Nee
OP HET PLATTELAND
Rosa komt bij een kruispunt. Een auto komt achteruit rijden.
Wat is waar?
?
Rosa moet de auto voorrang geven, want die komt van rechts.
?
Rosa mag voorgaan, maar ze moet wel opletten of de automobilisthaar ziet aankomen.
?
Rosa moet stoppen, want auto's die achteruit rijden mogen altijd voorgaan.
OP HET PLATTELAND
Kijk waar Norah en Judith fietsen en waar Cor en Youri lopen.
Wie zijn op de goede plek?
?
Alle kinderen zijn op de goede plek
?
Judith en Youri zijn op de goede plek.
?
Judith, Cor en Youri zijn op de goede plek.
OP HET PLATTELAND
De vrachtauto staat stil op de rijbaan.
Wat moeten de fietsers nu doen?
?
De fietsers moeten om de vrachtauto heen kijken en deze voorbijrijden als er niemand tegemoet komt.
?
De fietsers moeten de vrachtauto nu over de stoep voorbijrijden.
?
De fietsers moeten nu rechts van de weg en ruim ahter de vrachtauto wachten tot deze weggereden is.
OP HET PLATTELAND
Norah laat Judith iets zien op haar mobieltje.
Drie kinderen praten over de foto.
Wie heeft gelijk?
?
Bas
: Als je goed rechts blijft rijden, kun je veilig bellen of op je mobieltje kijken.
?
Naomi
: Judith en Norah kunnen nu veilig bezig zijn met hun mobieltje, want er is geen ander verkeer.
?
Jeroen
: Je mobieltje gebruiken tijdens het fietsen is altijd gevaarlijk. Je moet hem in je zak of je tas laten zitten.
OK
volgende
=>