volgende
=>
Verkeersexamen 2017 - Veilig Verkeer Nederland
Laat alle vragen zien
<=
=>
IN DE WIJK
Langs de huizen loopt een fiets-/bromfietspad.
Mogen op dit pad ook voetgangers lopen?
?
Ja
?
Nee
IN DE WIJK
Een groepje kinderen staat te kletsen op de stoep.
Kijk hoe ze staan. Mag dat zo?
?
Ja, dat mag. De kinderen zijn voetgangers, dus horen ze op de stoep.
?
Nee, dat mag niet. Met je fiets mag je nooit op de stoep staan.
?
Nee, dat mag niet. De kinderen moeten aan de kant gaan, want zo hinderen ze anderen.
IN DE WIJK
De kinderen fietsen een straat in met een bord.
Doen ze het goed?
?
Ja, ze doen het goed. Je mag hier over de hele straat lopen en fietsen.
?
Nee ze doen het niet goed. Hier kunnen auto's rijden en daar houden ze geen rekening mee.
?
Ja, ze doen het goed. Aan het bord zien ze dat er geen verkeer uit deze weg kan komen.
IN DE WIJK
Dharni krijgt te maken met Lindsey en Melody.
Lindsey steekt over bij het zebrapad, Melody wil daar ook gaan oversteken.
Welke zin is waar?
?
Dharni moet Lindsey en Melody voor laten gaan.
?
Dharni moet Lindsey voor laten gaan. Melody mag niet voorgaan.
?
Lindsey moet terug lopen, dan kan Dharni doorrijden
IN DE WIJK
De fietsers rijden lekker snel de helling af. Drie kinderen praten over de foto
Wie heeft gelijk?
?
Bas
: De fietsers kunnen zo prima doorrijden. Ze hebben toch voorrang.
?
Eline
: Bij het bord is een fietspad. Je kunt niet goed zien of daar iemand aankomt. Afremmen dus.
?
Fatma
: Snel een helling afrijden mag nooit. Zelfs als er niemand van links of rechts kan komen.
IN DE WIJK
Lars krijgt te maken met een auto van lniks.
Wie mag hier eerst?
?
Lars
?
De auto
IN DE WIJK
De jongens fietsen snel achter de meisjes aan.
Welke zin is waar?
?
De jongens moeten even flink doortrappen, dan hebben ze de meisjes zo ingehaald.
?
De jongens moeten remmen. Bij het kruispunt kunnen ze niet zien of er iemand van links of rechts aankomt rijden.
?
De jongens kunnen lekker snel doorfietsen. Dat kan veilig, want de meisjes konden ook doorrijden.
IN DE WIJK
Vier kinderen krijgen te maken met een auto die uit een uitrit komt.
Welke zin is waar?
?
Alle kinderen mogen hier eerst.
?
De fietsers mogen eerst. De voetgangers moeten wachten.
?
De auto mag eerst, alle kinderen moeten wachten.
IN DE WIJK
Samuel fietst naar een kruispunt toe. Hij te maken met fietsers van links en een auto van rechts.
Wat is waar?
?
Samuel moet van iedereen voorrang krijgen.
?
Samuel moet voorrang geven aan de auto, maar niet aan Emma en Chris.
?
Samuel moet aan iedereen voorrang geven.
IN DE WIJK
De fietsers te maken met een bus. De bus staat stil bij de halte.
Drie kinderen praten over de foto.
Wie heeft gelijk?
?
Merel
: De bus rijdt voorlopig nog niet weg. De jongens moeten er met een wijde boog omheen rijden.
?
Karim
: Als er niemand tegemoet komt, mogen de jongens de bus nu voorbijrijden.
?
Sharon
: De jongens mogen de bus niet voorbijrijden. Ze moeten achter de bus wachten.
OK
volgende
=>