Woorden bij spelling Taalverhaal - groep 6 week 5 (gebruik TAB om naar het volgende woord te gaan)

  
Kom je er echt niet uit?
Klik dan op de Hint knop.
taalverhaal spelling groep 6 week 5
de bakker - Ik was het allereerst aan de beurt bij de .
betekenen - 'Wat heeft dat te ?' vroeg mijn juf.
de bewoner - De van het uitgebrande huis krijgt een prachtig nieuw huis.
dubbel - Ik heb deze , jij mag er ook wel één.
de enkel - De van de tennisser was dik geworden.

het gedoe - Mijn ouders vinden het altijd een heel om op vakantie te gaan.
het hangertje - Ik heb je jas op het gehangen.
liefste - Ik vind jou de !
de meneer - De liet de mevrouw keurig voorgaan.
de mevrouw - Hij deed ook de deur voor de open.

het sprookje - Het allereerste vond ik het leukst.
het stroompje - Een klein riviertje noemt men ook wel eens een .
tenminste - Ik moet nog vier dagen wachten.
vieste - Deze wagon is het van de hele trein.
het wandelingetje - Tijdens het verloor ik mijn zonnebril.

verder naar week 6