=>
Spelling Taalverhaal - groep 5 week 1 (gebruik TAB om naar het volgende woord te gaan)
Kom je er echt niet uit?
Klik dan op de Hint knop.
Schrijf het goed over.
de blokfluit
- Een
is meestal van hout.
de boomhut
- Wij spelen in de
.
de brandweer
- De
helpt ook bij grote ongelukken.
het buurthuis
- Het feest is in het
.
de feestmuts
- Op koningsdag draag ik een
.
de handdoek
- De
ligt in de kleedkamer bij je tas.
de handtas
- Je
staat bij de voordeur, dan kun je hem niet vergeten.
de puntmuts
- Op mijn feestje had ik een
.
het straatfeest
- Het
werd een groot succes.
de strandbal
- De
vloog met die sterke wind hoog door de lucht.
de vetvlek
- Er zit een
op mijn T-shirt.
het vloerkleed
- Het
is verschoven.
de voorkant
- De
van het huis is prachtig, achter is het een rommeltje.
de voortuin
- De
staat in bloei.
de washand
- Die
moet in de was.
controleer
Hint
OK
=>