Spelling Taalverhaal - groep 4 week 28 (gebruik TAB om naar het volgende woord te gaan)

  
Kom je er echt niet uit?
Klik dan op de Hint knop.
taalverhaal spelling groep 4 week 28
Schrijf het woord goed over.
de tweede - de tweede
de fietsband - De loopt leeg.
de fietspomp - Met de maak ik de fietsband weer hard.
de frisdrank - De zit in een blikje.
de fruitschaal - De ligt lekker fruit.
de kerkklok - De luidt op zondag.

de leesbril - Die staat mijn vader leuk.
de lichtknop - De zit naast de deur.
het raampje - Het van de keuken staat open.
het puntdak - Het huis heeft een .
het schrijfblok - Het adres staat op het .

de tuinslang - De ligt op de plank in de schuur .
het vloerkleed - Het onder de tafel is vuil.
de wijnfles - De staat op tafel.
het wijnglas - Het is leeg.
de zuurstok - De smaakt lekker.
verder naar week 29