taal actief versie 4 - Groep 6 - Woordenschat thema 6 week 2a

  
Taal actief Taal actief Taal actief

Taal actiefKies uit de volgende woorden:
beseffen - iemand uit het oog verliezen - na-apen - de oerkreet - roffelen - afschrikken - doodleuk -
oorverdovend - te hulp schieten - simpelweg
Iemand niet meer kunnen zien. In de drukte verlies ik hem uit het oog.iemand uit het oog verliezen
Iets in de gaten hebben; iets snappen.
Kalm; alsof het de normale gang van zaken is.
Nadoen, nabootsen, kopiëren.
Heel harde schreeuw; de brul.de
Snel trommelen; snel achter elkaar op iets slaan.
Eenvoudig; zonder gedoe.
Snel aankomen om iemand te helpen.
Iets doen waardoor een ander bang voor je wordt.
Heel hard (geluid).