taal actief versie 4 - Groep 6 - Woordenschat thema 6 week 1b

  
Taal actief Taal actief Taal actief

Taal actiefKies uit de volgende woorden:
aangenaam - zich gevleid voelen - van een mug een olifant maken - stommetje spelen - gemengd -
geliefd - irriteren - opschrikken - naar binnen glippen - gehaat
Doen alsof iets kleins heel belangrijk is.
Iets waar je een enorme hekel aan hebt.
Iets of iemand waar je erg van houdt.
Als er mannen en vrouwen aan meedoen. Bijvoorbeeld: een Taal actief koor.
Van schrik opspringen of rechtop gaan zitten.
Niets willen zeggen.
Het leuk vinden dat iemand iets aardigs tegen je zegt.
Prettig: fijn. In de kamer is het Taal actief warm.
Vervelend voor iemand zijn.
Snel langs iemand naar binnen lopen.