taal actief versie 4 - Groep 6 - Woordenschat thema 6 week 1a

  
Taal actief Taal actief Taal actief

Taal actiefKies uit de volgende woorden:
de bezigheid - de tong - opzetten - de mondholte - de stem kwijt zijn - onverstaanbaar - opmaken uit -
de stembanden - toegeven aan - wonderlijk
Een tijdje niet meer kunnen praten, bijvoorbeeld als je verkouden bent.
Niet te verstaan.
Iets snappen, doordat je iets anders snapt. Uit dat bord maak ik op dat dit de uitgang is.
Dik worden; zwellen.
Iets accepteren; iets niet langer tegenhouden.
Vreemd.
Je gebruikt je Taal actief om klanken te maken.de
Twee plooien in je keel die ervoor zorgen dat je kunt praten.de
De ruimte binnen in je mond.de
Iets wat je doet. Lezen is een leuke Taal actief .de