| Werkman die de elektriciteit aanlegt. | plaatste een nieuwe meterkast. |
| Het komt in orde. | Het . |
| In heel korte tijd. | Het was klaar. |
| Er gaat iets fout met de elektriciteit, waardoor de stroom |
| het niet meer doet. | |
| Niet dom zijn. | Niet op je gevallen zijn. |
| Knop waarmee je iets aan- of uitzet. | |
| Plastic doos met snoer waar meerdere stekkers in kunnen. | |
| Je bent technisch als je begrijpt hoe dingen werken. | hoort bij de techniek. |
| Tevreden, nadat je iets goeds gedaan hebt. | |
| Brandend of gloeiend stukje. Het spat ergens uit of af. | Je kon ziet zien in het donker. |