| Onverwacht binnenkomen. | |
| Een broer die een andere vader of moeder heeft dan jijzelf. | |
| Er geen zin meer in hebben. Er genoeg van hebben. | |
| Mogen beslissen of kiezen. | De jarige heeft het vandaag . |
| Iemand die je goed kent, maar die je geen vriend noemt. | |
| Dat ben je als je veel moppert. | |
| De zus van je man of van je zus. | |
| De lange, dunne jongen. | |
| Het verschil. Het is weer eens iets anders. | |
| De broer van je vrouw of de man van je zus. | |