Heel erg blij zijn. | |
Heel erg groot, immens. | |
Graven. | |
Iets voor elkaar krijgen, iets laten lukken. | |
Een schoen van hout. | de |
Een open schoen voor in de zomer. | de |
Een soort open schoen zonder hiel. Je kunt er gemakkelijk in en uit stappen. | de |
Aarde of modder die aan elkaar plakt. Je kunt een aarde oppakken. | de |
Een weg onder de grond of onder het water door. | de |
Een plastic schoen met lange flappen aan de voorkant, zodat je snel kunt zwemmen. | het |
|