Taal groep 7 opdracht 19

  
taal groep 7

Zoek de persoonsvorm, het onderwerp en het lijdend voorwerp.
persoonsvormonderwerplijdend vw.
De stoffeerder bekleedt de stoelen. bekleedtde stoffeerderde stoelen
De leerlingen maken de taaloefening.
De boer melkt zijn koeien.
We maken een foto.
Die jongen verliest zijn knikkers.
Mara vergat haar huiswerk.
De clown vermaakt het publiek.
Mijn tante kocht een nieuwe jas.
Hanno post de brief.
Mijn vader bezoekt een museum.

Schrijf de persoonsvorm achter de zin.
Frank werkte op de computer.
De dokter genas de patiënt.
Het kleine meisje speelde lief.
De verzekering vergoedt de schade.
De boer laadt het hooi op de wagen.
Waarom kwam je zo laat?
We bezochten gisteren twee musea.
Ik fietste door het park.

Vul een passend woord in.
sta - verliezen - raakte - bracht - slaakte - stilt - bouwen
Hij zijn vakantie door in eigen land.
Hij zijn honger met gebakken eieren.
Ik verbaasd over zoveel brutaliteit.
Mijn broer tracht een bestaan op te in Australië.
Het schip door de storm de koers kwijt.
Je moet je kleine zusje niet uit het oog .
De vrouw een kreet van geluk.

Vul op de goede manier in.
slijpenHet geslepen mes.
verstoppenDe gootsteen.
ontsporenDe treinen.
aanbrandenDe aardappels.
lakkenDe bank.
verzinnenHet plan.
blussenDe brand.
afschietenDe pijl.
strijkenHet wasgoed.
brekenDe kabel.
hijsenDe zeilen.
dempenDe sloten.

Vul in.
sociaal - sneuvelen - spurt - sporadisch - support
Op het laatste moment nam ze nog een flinke eindsprint.
Deze vogel zie je maar heel af en toe in de stad.
De soldaat kwam om in de oorlog.
We kregen veel ondersteuning van onze leerkracht.
Ik vind die nieuwe klasgenoot erg medemenselijk.