Taal groep 7 opdracht 08

  
taal groep 7


Schrijf de persoonsvorm achter elke zin.
We wandelen door het donkere bos.
Onder de bomen lagen honderden eikels.
De mieren versleepten een dode rups.
Waaruit maken de planten zetmeel?
De bloemist vult de vaas met fraaie bloemen.
Het droge hout brandt snel.
Buiten kletterde de regen tegen de ruiten.
Mijn zusje wil niet mee maar de supermarkt.
Mozart componeerde mooie muziek.
Mijn vader houdt van appeltaart met slagroom.

Welke woord kies je uit?
vliegenier - lopend - musicus - contributie - populair - equator
Als je lid bent van een club, moet je betalen
Een piloot wordt ook wel genoemd.
Mijn oom speelt viool in een orkest, hij is .
De evenaar wordt ook wel eens de genoemd.
Als een vuurtje ging het nieuwtje de stad door.
Op de hoek van de straat speelde een .
Iedereen kent de zanger van deze band, hij is heel .
Zijn band geeft morgen een in de stad.

Schrijf de woorden op alfabet.
ParijsStockholmLondenWenen
februarijuliaugustusmei
LeonRaviAnoekTimo
kievitspechtmeeuwzwaluw
stationmuseumcaféhotel
busautocaravanfiets


Welk werkwoord vul je in?
ruzie - voorspelde - reed - zit - liep - taxiede
De piloot met zijn vliegtuig naar het begin van de startbaan.
De radio voor vandaag de hele dag lichte regen.
Elske op straat met haar fiets aan de hand.
Er een hoesje met een schrift, een potlood en een liniaal in mijn rugzak.
Op de snelweg de bus op weg naar onze vakantie soms wel 100 km/uur.
Ik soms met mijn broer over wat we zullen kijken op de televisie.