Een kaars aansteken of een kaars uitblazen. |
Een wedstrijd winnen of een wedstrijd . |
De trein halen of de trein . |
Voor het examen slagen of voor het examen . |
Een plank losrukken of een plank . |
De deuren openen of de deuren . |
Een emmer leegmaken of een emmer . |
lucht inademen of lucht . |