Houd jij van met aardbeismaak? |
Mama brengt me met de naar school. |
Die eet elke dag vijf appels. |
Uit die kun je snoep halen. |
Waar heeft de meester schrift gedaan? |
In zit meestal ook wortel. |
In de spelen we altijd tikkertje. |
Mijn tante en oom gaan morgen . |
Mijn moeder vindt koffie echt niet lekker. |