Taal 4 - nummer 22b

  
Taal Taal


 4. Zet de woorden in de goede rij.
spar - appel - haas - beukennoot - berk - egel - populier - specht - eik - peer - veldmuis - citroen
dierenbomenvruchten


 5. Zet de woorden in de goede rij.
eekhoorn - tulpen - koeien - wildzwijn - margriet - lammetjes - narcis - paard - hert -
schapen - eik - krokus
in het bosin de tuinin de wei


 6. Kies eerst het word uit. Vul het dan pas in.
kabels - kade - pakhuizen - hijskranen - haven
Er liggen veel schepen in de .
Ze zijn vastgelegd aan de .
Dat doet men met dikke .
Op de kade staan grote .
En zijn ook hoge .

Taal