Ontleden nummer 21

Kom je er echt niet uit?
Klik dan op de Hint knop.
ontleden
Tip 1 : Let op! Het woordje ’te’ voor een heel werkwoord hoort ook bij het werkwoordelijk gezegde.
Tip 2 : Bij het meewerkend voorwerp let op het woordje ’aan’ of ’voor’ Kan het weg? Kan het erbij?
1. Wij gaven aan de juf een cadeau voor haar verjaardag.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
meewerkend voorwerp =

2. De conducteur heeft de OV-chipkaart weer aan de reiziger teruggegeven.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
meewerkend voorwerp =

3. Ik vroeg haar om een blauw kleurpotlood.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
meewerkend voorwerp =

4. De secretaresse gaf de notulen van de vergadering aan de directeur.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
meewerkend voorwerp =

5. De collega’s hebben met elkaar het cadeau aan de jarige overhandigd.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
meewerkend voorwerp =


paraplu7