volgende
=>
Ontleden nummer 20
Kom je er echt niet uit?
Klik dan op de Hint knop.
Tip 1 :
Let op!
Het woordje
te
voor een heel werkwoord hoort ook bij het werkwoordelijk gezegde.Tip 2 : Het woordje
er
is vaak het onderwerp als het in een zin staat.
1. De meeste passagiers hebben hun koffers in de bagagekluis achtergelaten.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
2. De leerlingen moesten hun werk nog een keer kritisch nakijken.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
3. Het vakantieoord werd na de brand gebruikt als opvangcentrum.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
4. De verwarming slaat automatisch
af
bij 21° Celsius.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
5. In het centrum van de stad werden extra cameras opgehangen.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
controleer
Hint
OK
volgende
=>