Ontleden nummer 14

Kom je er echt niet uit?
Klik dan op de Hint knop.
ontleden
Tip 1 : Let op! Het woordje ’te’ voor een heel werkwoord hoort ook bij het werkwoordelijk gezegde.
Tip 2 : Het woordje ’er’ is vaak het onderwerp als het in een zin staat.
1. Ik heb vandaag mijn bibliotheekpas verloren.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =

2. Wat kon er nog meer misgaan?
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =

3. Vandaag is alles perfect gegaan!
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =

4. Deze winkel heeft ook een filiaal in Rotterdam.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =

5. Mijn moeder zou vorige week naar de wedstrijd komen kijken.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =


paraplu7