Ontleden nummer 12

Kom je er echt niet uit?
Klik dan op de Hint knop.
ontleden
( Let op! Het woordje ’te’ voor een heel werkwoord hoort ook bij het werkwoordelijk gezegde.)
1. Later zal hij wel piloot worden.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =

2. Wij gaan vaak in het meertje achter ons huis zwemmen.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =

3. Wij hebben ons goed ingesmeerd met zonnebrandolie.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =

4. Langs het water lag de kleine Lars te slapen.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =

5.Om vijf uur gingen zij huiswerk maken .
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =


paraplu7