volgende
=>
werkwoorden nummer 9 - tegenwoordige tijd ( tijd van nu) - [gebruik de TAB toets]
Kom je er echt niet uit?
Klik dan op de Hint knop.
Zet in alle zinnen in de tegenwoordige tijd:
bedriegen
- De verkoper
vaak zijn klanten.
breken
- Het kleine jongetje
het limonadeglas.
buigen
-
jij als de koningin langskomt?
dragen
- De mannen
de vaten wijn op hun schouders.
drinken
- Mijn oma
graag een glaasje rode wijn.
hangen
- De was
te drogen in het zonnetje.
klimmen
-
de tijger echt in die hoge boom?
knijpen
- Ik
in mijn arm omdat ik denk dat ik droom.
kruipen
- Het bange hondje
lekker tegen zijn moeder aan.
liggen
- De knappe dames
te zonnen op het strand.
nemen
-
je even een aspirientje als je hoofdpijn hebt?
wegen
- De groenteman
een kilo bananen af.
genezen
- De medicijnman
zijn stam met zijn kruidendrank.
prijzen
- De juf
de kinderen, omdat ze zo hard werken.
uitblazen
- Het jarige meisje
de kaarsjes uit .
verkiezen
- De rijke man
een Jaguar boven een Ferrari.
verwijzen
- De huisarts
de patiënt naar een specialist.
voorlezen
- Mijn oppas
als we gaan slapen.
begraven
- Onze gekke hond
zijn bot altijd in de voortuin.
stuiven
- Omdat de motor zo hard voorbijkomt,
het zand op.
verblijven
- Als hij in Frankrijk is,
mijn vader in een hotel.
verschuiven
- Omdat er geen sneeuw ligt,
de wedstrijden.
werven
- De organisatie
nieuwe leden voor hun actie.
wrijven
- Ik
in mijn handen, omdat ik het koud heb.
[ Werkwoordenblad van juf Hannah: nummer
9
tegenwoordige tijd ]
controleer
Hint
OK
volgende
=>