werkwoorden nummer 7 - tegenwoordige tijd ( tijd van nu) - [gebruik de TAB toets]

Kom je er echt niet uit?
Klik dan op de Hint knop.
paraplu7
Zet in alle zinnen in de tegenwoordige tijd:

afleiden - Mijn vriendinnetje mij tijdens het werk.
feesten - Ik graag tot 's morgens door.
landen - Het vliegtuig veilig op de luchthaven.
sporten - Mijn opa nog elke dag.
afwachten - maar of je wel wat krijgt!
bereiden - De kok een heerlijk maal.

opletten - De jongens helemaal niet .
storten - De koningin van de trap.
beantwoorden - de ministers de vragen vandaag?
haasten - Ik me om op tijd te zijn.
opvoeden - Een leeuwin haar welpjes alleen .
bloeden - De man, die gevallen is, vreselijk.

afzetten - De moeder haar kind bij school.
broeden - De kippen de eieren uit.
richten - De orkaan een enorme ravage aan.
uitrusten - De atleten even na de wedstrijd.
begroeten - jij je juf iedere morgen?
kleden - Mijn kleine broertje zichzelf aan.

raden - Het kleine meisje de leeftijd van de oude man.
laden - De verhuizers de piano in de auto.
melden - Ik het wel als ik mijn werk af heb.
kaarten - De oude dames iedere week 3 keer.
schudden - Het huis heen en weer tijdens de aardbeving.
verwachten - Mijn vader niet dat er veel visite komt.

[ Werkwoordenblad van juf Hannah: nummer 7 tegenwoordige tijd ]