werkwoorden nummer 3 - tegenwoordige tijd ( tijd van nu) - [gebruik de TAB toets]

Kom je er echt niet uit?
Klik dan op de Hint knop.
paraplu7
Zet in alle zinnen in de tegenwoordige tijd:

blozen - Het kleine meisje als de jongen naar haar lacht.
niezen - Ik omdat ik verkouden ben.
reizen - De circusartiesten de hele wereld rond.
verhuizen - jij morgen al?
vrezen - Ik dat jij je werk opnieuw moet doen.
beven - De bejaarden van de kou.

durven - Mijn moeder best in die achtbaan.
geloven - Mijn zusje mijn verhaal niet.
leven - Schildpadden vaak erg lang.
proeven - de kinderen alles wat hun moeder maakt?
streven - De regering naar meer loon voor iedereen.
zweven - De ballonnen hoog in de lucht.

bewijzen - Wij dat we het eens zijn met deze actie.
blazen - Het kleine meisje een rode ballon op.
kiezen - De jarige Job iemand uit om te helpen.
lezen - jij ook zo graag van de boeken van Carry Slee?
wijzen - De juf de sommen aan die we moeten doen.
blijven - Mama op school om te helpen bij het lezen.

geven - opa mij een nieuwe vlieger?
graven - Het konijn een nieuw hol voor zijn kleintjes.
schrijven - Het verliefde jongetje een prachtig gedicht.
schuiven - je je stoel even aan?
sterven - De oude vrouw rustig in haar slaap.
zwerven - De ontsnapte leeuw ergens in de bossen.

[ Werkwoordenblad van juf Hannah: nummer 3 tegenwoordige tijd ]