werkwoorden nummer 1 - tegenwoordige tijd ( tijd van nu) - [gebruik de TAB toets]

Kom je er echt niet uit?
Klik dan op de Hint knop.
paraplu7
Zet in alle zinnen in de tegenwoordige tijd:

bouwen - Het jongetje een hoge blokkentoren.
breien - Mijn oma een mooie kabeltrui voor mij.
kleuren - de kleuters mooi binnen de lijntjes?
rekenen - Wij erop dat jullie op ons feest komen.
ruilen - jij weleens plaatjes met die jongen?
trouwen - Mijn oom en tante vandaag in Elst.

vieren - Ik mijn verjaardag dit jaar in juni.
zwaaien - De koningin vrolijk naar de mensen langs de kant.
bereiken - De bouwers van de flat het hoogste punt.
danken - De voorzitter de mensen voor hun inzet.
dansen - De menigte mee op de klank van het orkest.
eisen - De advocaat medewerking van de verdachte.

lachen - Onze juf eigenlijk nooit.
werken - jullie altijd goed door tijdens de rekenles?
duiken - De vogel het water in om een vis te pakken.
helpen - Het lieve meisje de oude man met oversteken.
kijken - De kinderen wel heel veel naar de tv.
roepen - Mama ons om te komen eten.

vliegen - De vliegen rond de afvalbak.
werpen - jullie je afval even in de prullenbak?
zwijgen - De moordenaar bij het horen van het vonnis.
brengen - Ik mijn zieke oma koekjes in een mandje.
denken - Frans niet goed na bij het schrijven van de brief.
zoeken - Wij naar een leuk cadeau voor dat baby'tje.

[ Werkwoordenblad van juf Hannah: nummer 1 tegenwoordige tijd ]