Lezen kern 7 nummer 5

  
.. .. ..

.. Kies uit:
..
hij wast.hij kookt pap.hij veegt.
zij wast.zij kookt pap.zij veegt.
wast. kookt pap. veegt.
..
dit is zijn boot.dit is zijn jas.dit is zijn aap.
dit is haar boot.dit is haar jas.dit is haar aap.
dit is boot.dit is jas.dit is aap.
..
dit is zijn kist.dit is zijn sok.zijn schep.
dit is haar kist.dit is haar sok.haar schep.
dit is kist.dit is sok. schep.