Iemand waarschuwen dat er iets niet goed gaat. | |
Met je vingers ergens aan friemelen. | |
Zonder veel aandacht. Hij trapt tegen het blikje. | |
In je opkomen. Er borrelde opeens een plan in me op. | |
Ervoor zorgen dat je aan niets anders meer denkt. Bijvoorbeeld een kampioenschap. | | Je vindt iets vreselijk Ik voel als ik de man de hond zie slaan. | de |
Een gevoel, bijvoorbeeld woede, verdriet of blijdschap. | de |
Het gevoel dat je iets wilt hebben wat een ander heeft. | de |
Het plezier dat je ergens aan beleeft. Die film is een om naar te kijken. | het |
|