Taal actief 4 - groep 8 Spelling Thema 5 week 1a

  
Taal actief 4
Vul een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord in.
papieren - fluwelen - glazen - blikken - ijzeren - bronzen - zilveren - betonnen
1. Een huwelijk van vijfentwintig jaar noem je een z huwelijk.
2. Je hebt zelfs een bl huwelijk, van zevenendertig en een halve maand.
3. Een huwelijk van negenentwintig jaar is een f huwelijk.
4. Een huwelijk van acht jaar noem je een b huwelijk.
5. Wie zes jaar getrouwd is, mag zijn ij huwelijk vieren.
6. Een p huwelijk bestaat nog maar twee jaar.
7. Maar hoe noem je dan een huwelijk van een jaar? Een g huwelijk?
8. En een huwelijk van mijn overgrootouders? Een be huwelijk?

Schrijf het bijvoeglijk naamwoord op.
1. metaalZink, staal of platina: een metalen hut kan een storm doorstaan.
2. stroEen hut niet eens tegen een briesje.
3. loodEen hut kan tegen een orkaan.
4. marmerIn een hut bevries je.
5. rubberEen hut blijft niet lang staan.
6. kartonEen hut bezwijkt al bij een niesje.
7. koperEen hut heeft nog nooit bestaan.
8. sterkDus welke materialen kies je?

Maak een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord van de woorden tussen haakjes.
1. een ( licht metaal ) velglichtmetalen
2. een ( hout van een beuk ) kast
3. een ( hard hout ) vloer
4. een ( roestvrij staal ) pan
5. een ( hout van een eik ) tafel
6. een ( wit goud ) oorbel
7. een ( hout van een berk ) stoel