1. Axel wil zijn idool een serenade op zijn sa ofoon brengen | saxofoon |
2. Hij heeft een comple plan bedacht. | |
3. Zijn idool wordt e treem goed beveiligd. | |
4. De begeleiding is niet bepaald fle ibel. | |
5. Maar opgeven is ni voor Axel. | |
6. Hij is ervan overtuigd dat hij het voor elkaar gaat bo en! | |
7. En in Lu emburg gaat hij zijn plan uitvoeren. | |
8. Met een mi van spanning en angst gaat Axel over tot a ie | - |
9. De rea ie op zijn serenade is nogal heftig. | |
10. Het hotelcomple wordt ontruimd. | |
11. 'Rela ,' zegt Axel, 'ik schrijf stra een lied speciaal voor mijn idool. | - |
12. Daarin bied ik rechtstree mijn e cuses aan.' | - |