Taal actief 4 - groep 8 Spelling Thema 2 week 1b

  
Taal actief 4
hele werkwoord -voltooid deelwoord - bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord
zagen Ik heb gezaagd De boomstammen werden naar de rivier vervoerd.
schaven Ik heb De timmerman had tien balken nodig.
kneuzen Ik heb Ik heb een rib.
smeden Ik heb Ik liep langs het prachtig hek bij het kasteel.
passeren Ik heb De verdediger kon het doelpunt niet voorkomen.
bewaren Ik heb Ik heb hem al de brieven laten lezen.
bedreigen Ik ben De plantensoorten staan op een speciale lijst.
verdwalenZe zijn De hond werd naar het asiel gebracht.
oplevenIk ben De plensbui zorgde voor een natuur.
bouwenIk heb Een kwart van de huizen heeft een zonnenpaneel.
verdovenIk ben De leeuwin werd vervoerd.
arriverenHij is De passagiers moeten nog door de douane.
verbeterenIk heb De som was daarna gelukkig goed.
kleurenIk heb De tekening was prachtig.