Denken dat je ergens geld mee kun verdienen. | |
Even groot als in de werkelijkheid. | |
Iets gaan maken om daarna te verkopen. | |
Iets bedenken en het daarna maken. | |
De spanning langzaam groter laten worden. Bijvoorbeeld in een film of een verhaal. | |
Eerder zijn dan de ander. | | Tellen hoe vaak iets plaatsvindt. (turven) | |
Iets gebruiken. Bijvoorbeeld : Mag ik het toilet? | |
Uitproberen of iets werkt. | |