Er klonk een daverend a in het theater na de voorstelling. | |
In de b draait een nieuwe film over James Bond. | |
Hij bleef o en vrijwel onvermoeid bezig met zijn computerspel. | |
Welk c heb jij voor je werkstuk gekregen? | |
De a presenteerde zijn nieuwe boek. | |
Mijn broer is a , hij speelt een hoofdrol is dat nieuwe theaterstuk. | |
Ik ben tot de c gekomen dat jij toch gelijk had en dat ik fout zat. | |
In groep 8 spelen ze over zes weken een m . De liedjes klinken al heel goed. | |
Rijwiel is een o woord voor fiets. | |
Hij is heel k , hij heeft heel vaak kritiek. | |
De i heeft als synoniem : de fabrikant. | |
Een ander woord voor k is runderen. | |
De N ligt bij de Merellaan en de Kievitlaan. | |
Mijn collega's zijn erg c , ze zullen je graag helpen. | |
In het c is het vaak heel erg druk, bijna geen parkeerplekje te vinden. | |