Taal Actief versie 4 - Groep 6 - thema 3 extra L4

  
Taal actief Taal actief Taal actief

 Schrijf het woord op. Kies uit: [ insect: Dit moet je weten: Je hoort een k, je schrijft een c ]
actief - clown - cola - direct - dictee - insect - product
1. Lees eerst de informatie op dit produ...t.het product
2. Smeer het dire...t op als een inse...t je prikt. het
3. De zalf zal de jeuk a...tief tegengaan.
4. Elmar hangt altijd de ...lown uit. de
5. "Juf, ik heb ...ola geknoeid. de
6. Nu zit mijn di...tee vastgeplakt!"het


Taal actief C of k? Schrijf het woord op.  [ Insect : Dit moet je weten: Je hoort een k, je schrijft een c ]
1. Casper is tien jaar en al dir...teur.de directeur
2. Hij heeft een eigen cir...us.het
3. De ster is zijn gevle...te ...avia Carol.de
4. Carol doet haasje over met het ...onijn.het
5. Caspers zus makt de ...ostuums.de
6. Zijn moeder maakt ...ontact met het publiek.het
7. Ze neemt de voorstelling op met haar ...amera.de
8. Daarvan maakt ze een filmpje van 50 se...onden.de
9. Dat komt in een re...lameblok op tv.het
10. Casper heeft een ...onflict over de ...osten.het de
11. Maar daarna is hij verru...t over de dru...te. de