ochtend | We vertrekken in de loop van de . |
schrijver | Een auteur is een ander woord voor een . |
trouwjurk | Het was een schitterende . |
schouder | Mijn oma heeft last van haar rechter . |
duwt | Hij de rolstoel van zijn zusje. |
nieuwe | De haring is dit jaar erg lekker. |
frietsaus | Kun je de even aangeven? |
nauwelijks | Hij kon lezen en schrijvenl. |
sproeier | De besproeit het gazon. |
sluwe | De vos had twee jonge welpjes. |
trouwens | Ik snap toch niet waar hij dat van doet. |
slasaus | Op het slaatje hadden ze flink wat gedaan. |
dichterbij | Het onweer komt steeds . |
rauwkost | In de zomer eet ik vaker . |
mouwen | Wij hebben de opgestroopt, wij zijn er klaar voor! |