groep 5 themawoorden 4 week 1

De tijd die voorbij is.
De tijd die nu is.
De tijd die nog komt.
Ruzie tussen twee of meer landen.
Als er geen oorlog is, is er ....
Een erg nare toestand.
Alle mensen in een land.
Iemand die in een oorlog samenwerkt met de vijand.
Al heel vaak.
Na een tijdje, tijdens.
Iemand die zich tijdens een oorlog verstopt voor de vijand.
De mensen die in een oorlog in het geheim tegen de vijand vechten.
het verleden
het heden
de toekomst
de oorlog
vrede
de ellende
de samenleving
de landverrader
de zoveelste keer
in de loop van
de onderduiker
het verzet