Taal Actief versie 4 - Groep 5 - thema 6 les 6***

  
Taal actief Taal actief Taal actief

Taal actiefSchrijf het woord op.
Regel: Als ik niet weet of het een d of een t is maak ik het woord langer.
eindje - verdeeld - gebit - bekend - benieuwd - enkelvoud - breedte - leeftijd.
Iedereen kent die voetballer. Die voetballer is erg .
Ik wil het erg graag weten. Ik ben erg .
Hoe breed is het bord? Wat is de van het bord?
Hij heeft last van zijn tanden. Hij heeft last van zijn .
Het is geen meervoud. Het is .
Ieder heeft een even groot stuk taart genomen. We hebben de taart eerlijk .
Hoe oud ben je? Wat is je ?
Ga je mee een stukje lopen? Ga je mee een lopen?