Taal op maat 2 - groep 6 nummer 31

  
Kom je er echt niet uit?
Klik dan op de Hint knop.
Taal op maat 2 Taal op maat 2 Taal op maat 2

Vul de persoonsvorm in.
ik-vormerbij
Luuk laadde de vrachtwagen.laadde
De bange soldaten losten een schot.
Ik holde hard om de bus te halen.
Testte jouw zus de nieuwe computer?
De paarden draafden door de wei.

Vul in.
hele werkwoordik-vorm (t.t.)verleden tijd
grabbelengrabbelik
tossenhij
brandenhij
printenwij
mikkenik
scheurenhij
troostenik
reddenwij

Vul de persoonsvorm ( verleden tijd ) in.
ik-vormhele werkwoordverleden tijd
zetzettenHij een vaas met bloemen op tafel.
bestedenJullie veel geld aan kleding.
bluffenJessica tijdens het kaartspel.
pestenDie jongens vroeger veel kinderen.
willenIk de tekening helemaal zelf maken.
spreidenMama het kleed uit op de grond.
delenDe meisjes tekenblaadjes uit.
kokenPapa een eitje.