Taal op maat 2 - groep 5 nummer 20

  
Taal op maat Taal op maat

 Maak er enkelvoud van.
speeltijdenwasmanden
scheppenstamppotten
fruitsappenwedstrijden
vliegveldenbusritten
voetstappendrukknoppen
boomhuttenarmbanden
slabbenschubben


 Vul in: d t b p
het po loo het de schil pa de
de stoe ran de de avon kran de
ik schro ik de stran ten de
de oogkle de de pun mu sde
de zeero de het geree scha het
ik he ik de jach hon de

 Maak enkelvoud van het woord. Schrijf het in de goede zin.
zwaarden - klanten - fietsbanden - schappen - afstanden - webben - ribben
Waardoor gaat mijn aldoor lek?
Die koekjes liggen op het bovenste .
Twintig kilometer lopen is een lange .
De koopt speelgoed voor zijn kinderen.
Een spin doet uren over het maken van een .
Ik heb mijn gekneusd tijdens het stoeien.
Een ridder had een schild en een .