Taal op maat 2 - groep 5 nummer 3

  
Taal op maat 2 Taal op maat 2 Taal op maat 2

Zeg eerst het woord. Hoe klinkt de e ? Schrijf het woord op.
spiegel......elde bliksem......emde
spijker......erde vleugel......elde
bezem......emde handen......ende

Schrijf de woorden in het goede vak.
mooie - vijver - keizer - paarden - bellen - bonte - drempel - stelen - schuine - trieste - deksel -schoenen
~en~e ~er of ~el.
paarden

Woorden met ~el, ~em en ~er, de e klinkt als /u/ . Schrijf die woorden op.
Die wink❤ verkoopt geen bez❤de de
De fiets❤ rijdt door de pold❤de de
Het plaks❤ wordt steeds dikk❤ .het
Je ad❤ ruikt naar suik❤ .de de
Ligt er een stuiv❤ op de bod❤ ?de de
Ik pluk stiek❤ de bloes❤ de