Taal op maat 2 - groep 4 nummer 12

  
Taal op maat 2 Taal op maat 2

 Maak een woord met st. Schrijf het woord op.
groot...het ...roeferg
smal...het win...de
...roopde kom...de
hoog...het ...rafde
...ripde bot...hij
...rakerg ...riemde

 Maak een woord met r of n. Schrijf het woord op.
we..sthij ba...stde
du...sthet sp...aakde
g...ensthet aanpe...stzij
gla...sthet die...stde
st...eekde gu...stde
do...stde mi...sthet



 Vul het goede woord in.
 stroef - hoogst - straks - breedst - strak - dunst - laatst - grootst
Niet het kleinst maar het Niet glad maar
Niet het laagst maar het Niet nu maar
Niet het smalst maar het Niet los maar
Niet het dikst maar het Niet het eerst maar het