Spelling in de lift - deel 4 plus werkboek blz. 48

  
 ..  ..  ..


 .. Vul het goede ei-woord uit het verhaal in.
 ..
1. Ik lust geen ui, maar wel .
2. Je kunt nu eikels vinden onder de .
3. De stopt ieder kwartier bij dit station.
4. is een goede grondsoort.
5. Vogels leggen meestal in een ei.
6. Mijn oma een trui voor mij.
7. De olifant is niet maar groot.
8. Vier is meer dan drie, dat is een .9. De geitje staat in de bij de eik.
10. Onze geit heeft een kleine gekregen. 11. Het maak ik schoon met een dweil.
12. De ligt nu in de teil met water.13. Hij dat hij ziek was.
14. De kleine speelde graag buiten in de tuin.
Schrijf de zinnen over in de werkboek of verzin zelf goede zinnen.