volgende
=>
Spelling in de lift - deel 4 plus werkboek blz. 47
Vul het goede ei-woord uit het verhaal in.?
1. De muis is niet groot maar
.
2. Water doe ik in een
.
3. Niet het begin maar het
.
4. Het zeil maak ik schoon met een
.
5. Eikels groeien aan een
.
6. De
is paars als hij bloeit.
7. De maand
valt in het vooorjaar.
8. De
stopt bij het station.
Er komt steeds één letter bij !
product van een kip.
onder woord voor steen.
grondsoort
niet groot maar ...
Vul het goede woord in.
Denk aan de hoofdletter en de punt.
controleer
Hint
OK
volgende
=>