volgende
=>
Spelling in de lift - deel 2 plus werkboek blz. 30
Zet de woorden in de goede rij.
prik - bruin - bloes - plaat - blijf - bril - pret - plus - plek - brok - blok - prijs - plat - proef - brug - blik - praat - ploeg - bloem - braaf
pl
bl
pr
br
Vul het goede woord in.
plus
1. dat huis heeft een
dak.
prijs
2. hang die
eens op.
plaat
3. twee
drie is vijf.
plak
4. ik
de soep.
plek
5. ik win een
proef
6. op die
staat een boom.
plat
7. ik lust wel een
kaas.
Welke dieren zijn hier verborgen?
de
de
de
de
controleer
Hint
OK
volgende
=>