volgende
=>
Spelling in de lift - deel 2 plus werkboek blz. 4
Vul de woorden in de goede rij in.
...ft
.....gt
Kies het goede woord.
ligt - liegt
1. Joep
in bed.
leeft - geeft
2. zij
een zoen.
leeft - lift
3. hij gaat met de
.
komt - kamt
4. oom
met de bus.
zaagt - zegt
5. Loes
een plank.
Vul het goede woord in.
controleer
Hint
OK
volgende
=>